Even terug naar november 2020 – Australie – Far North Queensland. Het land der magische dieren. Ik hoor je denken, wat is een cassowary? Voor mij een van de meeste bijzondere creaturen waarmee ik (letterlijk) oog in oog heb gestaan. Daarover later meer. Het is een enorme loopvogel, vergelijkbaar met een emoe of een kleine struivogel. Je spreekt de naam uit als kasuwari.
Ik herinner mij de grote borden langs de kant van de kronklige wegen door het regenwoud: BE CASS-O-WARY. Een actie waarmee de locale bevolking dit bedreigde dier probeert te beschermen: be aware of this animal while driving your killing machine. In de laatste zes maanden waren er maar liefst 5 cassowaries doodgereden. Dat is echt veel te veel! Niet alleen auto’s maken dat ze met uitsterven bedreigd worden, ook de aanvallen van wilde zwijnen en honden en door het verdwijnen van het regenwoud is de cassowary kwetsbaar.
Een exotische naam voor een exotisch dier. Alsof ‘ie zo uit Jurassic park is komen wandelen. Met zijn drie potige klauwen, zwarte veren die harig en zacht aandoen, de zee blauwe kalkoen-achtige nek, lichtbruine ronde ogen en de dino-achtige stulp op zijn koppie. Wat een fantastisch beest! De eerste keer dat ik een voetafdruk in de modder zag dacht ik te hallucineren. God zal ook wel iets van LSD hebben genomen…
Een weetje: cassowaries wonen in het regenwoud wat direct grenst aan de tropische zee. Ze komen naar het strand om te ‘vissen’. In gehurkte houding met hun gespreide vleugels zitten ze half onder water. De visjes komen hierop af denkende dat het hen goede bescherming biedt. Na dit verkoelende bad worden de vleugels ingeklapt en met de buit onder de arm worden de visjes bevrijdt op het droge. Voila de maaltijd is geserveerd.
In het gebied genaamd Tablelands deed ik vrijwilligerswerk bij een stel van mijn leeftijd met een houtbewerkingsbedrijf waar ze tafels, kastjes en stoelen maakten van bomen die anders in de versnipperaar terecht zouden komen. Ze woonden op een groot stuk land inclusief waterval. De vorige bewoners en zijzelf hebben honderden bomen gepland om het woud en daarmee het leefgebied van de cassowary te vergroten. Ik hielp met de moestuin bewateren, zaadjes planten, hout zagen en schrobte schimmel van de muren met gasmasker op (het leven van een backpacker is niet altijd regenbogen en glitters).
Het is niet heel vanzelfsprekend om een cassowary te zien. Ik had het geluk om ze springend het lekkerste fruit uit de bomen te zien pikken. Op een van die dagen zat ik te midden van het veld te kletsen met de vrouw des huizes toen er een cassowary achter mij langs liep opweg naar de appels. Ik schonk er niet teveel aandacht aan tot dat mijn gesprekpartner zei: kijk eens achter je, hij is heel dichtbij. Langzaam draaide ik mijn hoofd om, keek omhoog waarop de cassowary zijn nek onderzoekend naar mij uitstak. Een paar seconden keken we elkaar in de ogen. Een warme gloed door mijn lichaam. De meeste krachtige oer ogen die ik ooit heb gezien. Een intieme ontmoeting die ik nooit voor mogelijk had gehouden. Ik gebruik de hij-vorm maar het zou net zo goed een vrouwtje geweest kunnen zijn. Ze zien er zo goed als identiek uit, al is zij over het algemeen iets groter dan hij.
Wauw wat bijzonder dat je ‘hem’ van zo dicht bij heb mogen ontmoeten!
Hey lieve Maaike,
Wat een leuk notendop verhaaltje!! Héél leerzaam!!
Toevallig kom ik net uit Drenthe. Heerlijk even bij mn moeder geweest!! Ennnnn.. Ijsvogeltje gespot, heel bijzonder.
Tot je volgende blog. (Maar geniet vooral live zoals ik al eerder zei.)
Ik ben blij dat je me weer een beetje hebt kunnen opbeuren. Hoop dat jij ook van mijn “beknopte” reacties geniet 😉
Liefs,
Stef
Bijzondere ontmoeting! Net als Jane Goodall…